Bediening op het stuurwiel

- Knop voor het selecteren van de
snelheidsbegrenzer.
- Toets voor het verlagen van de ingestelde
snelheid.
- Toets voor het verhogen van de ingestelde
snelheid.
- Toets voor het inschakelen / onderbreken
van de snelheidsbegrenzing.
- Toets voor het beheer van de
geprogrammeerde snelheden.
Weergave op het instrumentenpaneel

- Snelheidsbegrenzing ingeschakeld /
onderbroken.
- Snelheidsbegrenzer geselecteerd.
- Ingestelde snelheid.
- Selectie van een geprogrammeerde snelheid.

Deze informatie wordt tevens
weergegeven op het head-up display.
Zie voor meer informatie de rubriek
"Head-up display".
LESEN SIE MEHR:
Dit systeem voorkomt dat de auto de door de bestuurder ingestelde snelheid
overschrijdt.
De snelheidsbegrenzer moet handmatig
worden ingeschakeld.
Indien uw auto is uitgerust met een schuif /kanteldak, kunt u dit met
behulp van de hendel in de dakconsole openschuiven of kantelen Het
schuifdak kan worden bediend tot ongeveer 30 seconden nadat het contact in
stand ACC of LOCK is gezet of de contactsleutel is verwijderd. Wanneer
echter de voorportieren zijn geopend, kan het schuifdak niet worden geopend,
zelfs niet binnen de periode van 30 seconden.
In een koud en nat klimaat werkt het schuif /kanteldak mogelijk
niet door bevriezingsverschijnselen.
Veeg na het wassen van de auto en na een regenbui het
schuif /kanteldak eerst droog alvorens het te openen.