Instructieboekje, auto handleidingen

Via uw Autoradio

Snelheden opslaan

Wijzigen van een geprogrammeerde snelheid

  • Druk op de toets "MENU" om naar het algemene menu te gaan.
  • Selecteer het menu "Persoonlijke instelling - configuratie" en bevestig uw keuze.
  • Selecteer het menu "Parameters auto" en bevestig uw keuze.
  • Selecteer "Hulp bij het rijden" en bevestig uw keuze.
  • Selecteer "Geprogrammeerde snelheden" en bevestig uw keuze.
  • Selecteer de te wijzigen geprogrammeerde snelheid en bevestig uw keuze.
  • Wijzig de snelheid en bevestig uw keuze.
  • Selecteer "OK" en bevestig dit om de wijzigingen op te slaan.
Om veiligheidsredenen mogen de geprogrammeerde snelheden alleen worden gewijzigd als de auto stilstaat.

Snelheden opslaan

Toets "MEM"

  • Druk op deze toets om de lijst van geprogrammeerde snelheden weer te geven.

Op dit scherm kunt u met behulp van de toetsen van de autoradio:

  • de functie activeren/deactiveren,
  • vijf geprogrammeerde snelheden selecteren.

    LESEN SIE MEHR:

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Snelheden opslaan

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Via het touchscreen

    Wijzigen van een geprogrammeerde snelheid Druk op deze toets om het menu "Rijden" te selecteren. Druk op "Inst. snelheden".

     KIA Optima (JF) - Instructieboekje (2015-2020) > Werking van de parkeerhulp

    Voorwaarden voor gebruik Dit systeem wordt ingeschakeld wanneer de toets van de parkeerhulp wordt ingedrukt terwijl het contact in stand ON staat. Wanneer u de achteruitversnelling (R) inschakelt, gaat het controlelampje in de toets van de parkeerhulp automatisch branden en wordt de parkeerhulp geactiveerd. Het wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u meer dan 30 km/h rijdt. (indien uitgerust met SPAS) Het bereik van de parkeersensoren bedraagt ongeveer 120 cm bij een snelheid van maximaal 10 km/h. Het bereik van de parkeersensoren bij het vooruitrijden bedraagt ongeveer 100 cm bij een snelheid van maximaal 10 km/h. Als er zich meerdere voorwerpen achter de auto bevinden, zal het dichtstbijzijnde als eerste worden geregistreerd. De sensoren opzij worden geactiveerd wanneer u de achteruitversnelling (R) inschakelt. Als de rijsnelheid hoger is dan 20 km/h, wordt het systeem automatisch uitgeschakeld. Druk op de toets om het systeem weer in te schakelen.