Storing
Als er een storing optreedt, gaat
bij het
inschakelen van de achteruitversnelling
dit verklikkerlampje op het
Storing
instrumentenpaneel branden en/of wordt er een
bericht op het display weergegeven, in combinatie
met een geluidssignaal (korte pieptoon).
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Controleer bij slecht weer of in winterse
omstandigheden of de sensoren
soms bedekt zijn met modder, ijs
of sneeuw. Bij het inschakelen van
de achteruitversnelling geeft een
geluidssignaal (lange pieptoon) aan dat
de sensoren vuil kunnen zijn.
De parkeerhulp kan geluidssignalen
geven als reactie op bepaalde
omgevingsgeluiden (motoren,
vrachtwagens, drilboren, enz.).
LESEN SIE MEHR:
De parkeerhulp vóór is een aanvulling op
de parkeerhulp achter en wordt geactiveerd
zodra er bij een wagensnelheid van maximaal
10 km/h vóór de auto een obstakel wordt
gedetecteerd.
Deze rijhulp waarschuwt de bestuurder
wanneer zich een ander voertuig in de dode
hoek van zijn auto bevindt, dat een potentieel
gevaar betekent.
N.B.:
De schakelaars van de
interieurverlichting vooraan bevinden zich in de dakconsole. De exacte
locatie van elke knop op de dakconsole is afhankelijk van de kenmerken
van uw voertuig.
N.B.: Druk op de vereiste
knop om de portierfunctie uit te schakelen wanneer u een portier opent.
Als de portierfunctie is uitgeschakeld en u een portier opent, blijven
de instapverlichting en de portierlampen uit. De controlelamp brandt
geel als de portierfunctie is uitgeschakeld.