Instructieboekje, auto handleidingen

Dimmer dashboardverlichting

Dimmer dashboardverlichting

U kunt bij het rijden in het donker de lichtsterkte van de dashboardverlichting handmatig aanpassen.

Als de verlichting van de auto is ingeschakeld:

  • druk op deze knop om de sterkte van de dashboardverlichting te variëren,
  • laat deze knop los zodra de gewenste lichtsterkte is bereikt.

De ingestelde lichtsterkte wordt bij het afzetten van het contact in het geheugen opgeslagen.

De dashboardverlichting kan niet met deze knop worden ingesteld als de verlichting van de auto is uitgeschakeld.

    LESEN SIE MEHR:

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Kilometerteller en dagteller

    De kilometerteller en dagteller worden gedurende 30 seconden weergegeven bij het afzetten van het contact, bij het openen van het bestuurdersportier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto.

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Black-panelfunctie (comfortweergave bij nachtelijke ritten) met het touchscreen

    Met dit systeem kan de verlichting van bepaalde delen van het instrumentenpaneel en de verlichting van het touchscreen (zwart scherm) worden uitgeschakeld voor een rustiger beeld tijdens nachtelijke ritten.

     KIA Optima (JF) - Instructieboekje (2015-2020) > Goede rijgewoonten

    Laat de auto nooit in zijn vrij een helling af rijden. Dit is bijzonder gevaarlijk Laat de auto bij het afrijden van een helling altijd in een versnelling staan.\ Houd het rempedaal niet langdurig achter elkaar ingetrapt. Hierdoor kunnen de remmen oververhit raken en dienst gaan weigeren. Schakel in plaats daarvan bij het afrijden van een lange helling terug naar een lagere versnelling. Hierdoor remt de auto af op de motor. Verlaag de snelheid voordat u terugschakelt Hiermee voorkomt u dat de motor met een te hoog toerental gaat draaien, wat schadelijk kan zijn voor de motor. Verlaag uw snelheid ook als u geconfronteerd wordt met zijwind. Dan kunt u de auto beter onder controle houden. Zorg ervoor dat de auto volledig tot stilstand is gekomen voordat u de stand R (achteruit) inschakelt. Anders kan de transmissie beschadigd raken Om de stand R (achteruit) in te schakelen, moet u het koppelingspedaal intrappen, de versnellingspook in de vrijstand zetten, 3 seconden wachten en dan de versnellingspook in de stand R (achteruit) zetten. Wees vooral voorzichtig bij het rijden op een gladde ondergrond. Let in dat geval vooral op bij het remmen, gas geven en schakelen. Op een glad wegdek kan een abrupte snelheidsverandering leiden tot verlies van grip van de aangedreven wielen, waardoor u de controle over uw auto kunt verliezen.