Sluiten van de achterklep
Trek de achterklep naar beneden en druk hem stevig vast om hem te sluiten
Controleer altijd of de achterklep goed is gesloten door te proberen hem
weer omhoog te trekken.
WAARSCHUWING Houd de achterklep tijdens het rijden altijd volledig gesloten. Wanneer met een (half) geopende achterklep wordt gereden, kunnen giftige uitlaatgassen in het interieur binnendringen, waardoor u ernstig ziek kunt worden of dood kunt gaan.
OPMERKING Als de achterklep wordt gesloten terwijl de Smart Key zich in de bagageruimte bevindt, klinkt de zoemer gedurende ongeveer 3 seconden en wordt de achterklep weer geopend.
WAARSCHUWING
Uitlaatgas Als u met een geopende achterklep rijdt, worden gevaarlijke uitlaatgassen het interieur in gezogen, hetgeen kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel. Wanneer het noodzakelijk is dat u met een
geopende achterklep rijdt, houd dan de uitstroomopeningen en alle ruiten
open, zodat extra frisse lucht het interieur in stroomt.
WAARSCHUWING Bagageruimte Passagiers mogen nooit plaatsnemen in de bagageruimte, waar geen veiligheidsgordels aanwezig zijn. Om bij een aanrijding of plotseling remmen letsel te voorkomen, dienen inzittenden altijd hun veiligheidsgordel te dragen.
LESEN SIE MEHR:
Controleer of de selectiehendel in P staat (Parkeren, bij
automatische of Double Clutch transmissie) of in de eerste versnelling
of achteruit staat (bij handgeschakelde transmissie) en activeer de
parkeerrem.
Zet dan één van de volgende stappen:
Druk de ontgrendeltoets voor de achterklep op de
afstandsbediening of de Smart Key langer dan 1 seconde in.
Druk de schakelaar op de achterklep in terwijl u de Smart Key bij
u draagt.
Gebruik de mechanische sleutel
Druk op de ontgrendelschakelaar in de auto om de achterklep van
binnenuit te openen.
Uw auto is uitgerust met een ontgrendelknop voor de noodontgrendeling van
de bagageruimte, die zich binnen in de bagageruimte bevindt. Als er iemand
per ongeluk in de bagageruimte wordt opgesloten, kan de achterklep worden
geopend door de hendel in de richting van de pijl te bewegen.
Het installeren van een i Size of ISOFIX compatibel kinderzitje op een
van de buitenste zitplaatsen gebeurt als volgt:
Plaats de veiligheidsgordelsluiting uit de buurt van de
ISOFIX bevestigingen.
Plaats alle andere voorwerpen die een goede bevestiging van het
kinderzitje aan de ISOFIX bevestigingen kunnen verhinderen uit de
buurt van de bevestigingen.
Plaats het kinderzitje op de zitplaats en maak het aan de
ISOFIXbevestigingen vast volgens de instructies van de fabrikant van
het kinderzitje.
Volg de instructies van de fabrikant van het kinderzitje voor
een correcte installatie en bevestiging van de ISOFIX aansluitingen
aan de ISOFIX bevestigingen.