Opslaan van zitposities in het geheugen

Dit systeem slaat de elektrische instellingen
van de bestuurdersstoel, de buitenspiegels en
het head-up display op. U kunt twee standen
opslaan met de toetsen aan de zijkant van de
bestuurdersstoel.
Opslaan van een zitpositie
met de toetsen M / 1 / 2
Het opslaan van een andere stand annuleert de
vorige, in het geheugen opgeslagen stand.
Oproepen van een opgeslagen zitpositie
Contact aan of draaiende motor
- Druk kort op de toets 1 of 2 om de
desbetreffende zitpositie op te roepen.
Een geluidssignaal geeft aan dat de opgeslagen
zitpositie is ingenomen.
U kunt de beweging onderbreken door op de
toets M, 1 of 2 te drukken of door één van de
schakelaars van de stoelverstelling te bedienen.
U kunt een zitpositie niet oproepen tijdens het
rijden.
Het opvragen van een opgeslagen zitpositie is
tot 45 s na het afzetten van het contact mogelijk.
LESEN SIE MEHR:
Zitting kantelen en in hoogte en in
lengterichting verstellen
Licht de schakelaar aan de voorzijde op
of druk deze neer om het zitgedeelte van
de stoel te kantelen.
Licht de schakelaar aan de achterzijde
op of druk deze neer om het zitgedeelte
te verhogen of te verlagen.
Beweeg de schakelaar naar voren of
naar achteren om de stoel naar voren of
naar achteren te bewegen.
Kantelen van de rugleuning
Beweeg de schakelaar naar voren of
naar achteren om de hellingshoek van de
rugleuning in te stellen.
Lendensteun verstellen
Dit systeem biedt de mogelijkheid om
onafhankelijk van elkaar de hoogte en de
diepte van de lendensteun in te stellen.
Bedien de schakelaar:
Naar voren of naar achteren voor meer of
minder steun in de lendenen.
Omhoog of omlaag om de drukzone van
de lendensteun omhoog of omlaag te
bewegen.
Zet, om de stoelen elektrisch te verstellen, het contact aan of start de
motor als de
eco-modus is ingeschakeld.
Deze functie vergemakkelijkt het in- en
uitstappen.
Zo schuift de stoel automatisch naar achteren
bij het afzetten van het contact of bij het
openen van het bestuurdersportier; de stoel
blijft in deze stand staan tot u weer instapt.
Laat de auto bij voorkeur wegslepen door een officiële Kia dealer of een
erkend bergingsbedrijf Als dit niet mogelijk is, mag de auto tijdelijk
worden gesleept met een sleepkabel of ketting die aan het sleepoog aan de
voor of achterzijde van de auto is bevestigd. Wees voorzichtig bij het
slepen van de auto. Zorg dat een ervaren bestuurder in de te slepen auto zit
om te sturen en de remmen te bedienen Op deze manier slepen mag alleen op
verharde wegen, over een korte afstand en met lage snelheid. Bovendien
moeten de wielen, aandrijfassen, transmissie, stuurinrichting en remmen in
orde zijn.
Gebruik de sleepogen niet om een andere auto weg te slepen die
vastzit in de modder of iets dergelijks waar hij niet op eigen kracht
uit kan komen.
Sleep geen auto’s die zwaarder zijn dan de auto waarmee wordt
gesleept.
De bestuurders van beide auto’s dienen goed met elkaar te
communiceren.