Lane Keeping Assist systeem (LKAS, rijvakassistentie)

Het Lane Keeping Assist systeem signaleert rijstrookmarkeringen op de weg
en helpt de bestuurder bij het sturen om de auto tussen de
rijstrookmarkeringen te houden Wanneer het systeem signaleert dat de
auto zich buiten de rijstrook dreigt te begeven, waarschuwt het de bestuurder
met visuele en hoorbare signalen terwijl het licht tegenstuur geeft, om te
helpen voorkomen dat de auto zich buiten de rijstrook begeeft
WAARSCHUWING
- Het stuurwiel wordt niet doorlopend bediend, dus als de rijsnelheid erg hoog is wanneer de rijstrook wordt verlaten, wordt de auto mogelijk niet bestuurd door het systeem.
- Veilig rijden is te allen tijde de
verantwoordelijkheid van de bestuurder.
- Draai het stuurwiel niet plotseling wanneer het stuurwiel mede wordt bediend door het systeem.
- Het LKAS voorkomt dat de bestuurder onbedoeld de rijstrook verlaat door de besturing te ondersteunen. De bestuurder dient echter niet alleen op het systeem te vertrouwen maar altijd zelf het stuurwiel in de gaten te houden om op dezelfde rijstrook te blijven.
- Houd altijd de wegomstandigheden en de omgeving in de gaten en wees voorzichtig wanneer het systeem wordt uitgeschakeld of niet werkt of wanneer er zich problemen met het systeem voordoen.
- Plaats geen accessoires of stickers op de voorruit ter hoogte van de binnenspiegel.
- Het systeem signaleert rijstrookmarkeringen en bedient het stuurwiel aan de hand van de camera. Als de rijstrookmarkeringen niet goed zichtbaar zijn, werkt het systeem daarom mogelijk niet goed. Raadpleeg "Aandacht van de bestuurder" .
- Verwijder geen onderdelen van het LKAS en vermijd blootstelling aan schokken.
- Plaats geen voorwerpen op het dashboard die licht reflecteren, zoals spiegels, wit papier, enz. Het systeem werkt mogelijk niet goed wanneer zonlicht wordt gereflecteerd.
- Als het geluid van het audiosysteem te hard staat, zijn WAARSCHUWING ssignalen mogelijk niet hoorbaar.
- Houd uw handen altijd op het stuurwiel wanneer het LKAS is ingeschakeld. Als u uw handen niet op het stuurwiel legt nadat de WAARSCHUWING "Hand on" [Handen op het stuurwiel] is weergegeven, schakelt het systeem automatisch uit.
- Als u met hoge snelheid rijdt, verlaat de auto mogelijk de rijstrook. Wees altijd voorzichtig wanneer u het systeem gebruikt.
- Zorg dat bij het slepen van de aanhanger de LKAS functie is uitgeschakeld.
LESEN SIE MEHR:
Zet het contact in stand ON en druk op de toets om het Lane Keeping
Assist systeem in te schakelen.
Het controlelampje LKAS (groen) gaat branden.
Druk nogmaals op de toets om het systeem uit te schakelen. Het
controlelampje gaat uit.
Controlelampje LKAS
groen: LKAS
wit: LDWS
geel: FOUT
Zitting kantelen en in hoogte en in
lengterichting verstellen
Licht de schakelaar aan de voorzijde op
of druk deze neer om het zitgedeelte van
de stoel te kantelen.
Licht de schakelaar aan de achterzijde
op of druk deze neer om het zitgedeelte
te verhogen of te verlagen.
Beweeg de schakelaar naar voren of
naar achteren om de stoel naar voren of
naar achteren te bewegen.
Kantelen van de rugleuning
Beweeg de schakelaar naar voren of
naar achteren om de hellingshoek van de
rugleuning in te stellen.
Lendensteun verstellen
Dit systeem biedt de mogelijkheid om
onafhankelijk van elkaar de hoogte en de
diepte van de lendensteun in te stellen.
Bedien de schakelaar:
Naar voren of naar achteren voor meer of
minder steun in de lendenen.
Omhoog of omlaag om de drukzone van
de lendensteun omhoog of omlaag te
bewegen.
Zet, om de stoelen elektrisch te verstellen, het contact aan of start de
motor als de
eco-modus is ingeschakeld.