Handgeschakelde 6-versnellingsbak

Inschakelen van de
achteruitversnelling
- Trek de ring onder de pookknop omhoog
en beweeg de versnellingshendel eerst
naar links en dan naar voren.
Schakel de achteruitversnelling alleen in als
de auto stilstaat en de motor stationair draait.
Voor uw veiligheid en om het starten van
de motor te vergemakkelijken: zorg dat
de versnellingshendel altijd in de vrijstand
staat en trap het koppelingspedaal in.
Inschakelen van de 5e of de
6e versnelling
- Beweeg de versnellingshendel zo ver
mogelijk naar rechts om de 5e of de
6e versnelling in te schakelen.
Doet u dit niet, dan kan de
versnellingsbak zwaar beschadigd
raken (per ongeluk inschakelen van
de 3e of 4e versnelling).
LESEN SIE MEHR:
Dit systeem houdt bij het wegrijden op een
helling uw auto ongeveer 2 seconden op
zijn plaats. In die tijd kunt u uw voet van het
rempedaal naar het gaspedaal verplaatsen.
Deze functie is alleen actief:
als de auto volledig stilstaat met het
rempedaal ingedrukt,
bij bepaalde hellingcondities,
als het bestuurdersportier is gesloten.
Bij de automatische 6-versnellingsbak kunt u
kiezen uit het comfort van de automatische
bediening, aangevuld met de programma's
Sport en Sneeuw, of het plezier van het
handmatig schakelen.
WAARSCHUWINGGebruik het systeem voor herkenning van kruisend verkeer niet ter
vervanging van de binnen- en buitenspiegels of over uw schouder kijken
voordat u achterwaarts een parkeerplek verlaat. Het systeem voor
herkenning van kruisend verkeer is geen vervanging voor voorzichtig
rijden.
Het systeem werkt mogelijk niet goed bij erg slecht weer,
bijvoorbeeld sneeuw, ijs, zware regenval en motregen. Wees altijd
voorzichtig en oplettend tijdens het rijden. Als u niet goed oplet, kunt
u een botsing krijgen.