Bestuurdersairbag

De airbag treedt in werking bij zware frontale en bijna frontale
aanrijdingen. De airbag wordt in enkele milliseconden opgeblazen en
stromen weer leeg zodra deze in contact komt met het lichaam van de
inzittenden, waardoor de voorwaartse beweging wordt opgevangen. Bij
lichte frontale aanrijdingen, het over de kop slaan van de auto of
bij aanrijdingen van achteren of opzij wordt de airbag niet
geactiveerd.
LESEN SIE MEHR:
WAARSCHUWINGExtreem gevaar! Gebruik een naar achteren gericht kinderveiligheidszitje
nooit op een stoel die beschermd wordt door een ervoor aangebrachte actieve
airbag. Doet u dit wel, dan kan dit ernstig letsel of de dood tot gevolg
hebben.
Wijzig de voorzijde van de auto op geen enkele wijze. Dit zou nadelige
gevolgen voor het ontvouwen van de airbags kunnen hebben. Wanneer deze
waarschuwing niet wordt opgevolgd, kan dit ernstig letsel of de dood tot
gevolg hebben.
Volg het Onderhoudsschema bij normaal gebruik wanneer de auto normaal
gesproken wordt gebruikt onder andere dan de hieronder vermelde
omstandigheden Volg in de onderstaande gevallen het Onderhoudsschema
onder zware omstandigheden.
Herhaaldelijk rijden van korte afstanden van minder dan 8 km
bij normale temperaturen of minder dan 16 km bij lage temperaturen
Langdurig stationair draaien of langdurig rijden met lage
snelheden
Rijden op slechte, stoffige, modderige en onverharde wegen,
grindwegen of wegen waarop pekel gestrooid is
Rijden in gebieden waar pekel of andere agressieve stoffen
worden gebruikt of rijden onder zeer koude weersomstandigheden
Rijden onder erg stoffige omstandigheden
Filerijden
Herhaaldelijk rijden op omhoog of omlaag hellende wegen of
bergwegen
Rijden met een aanhanger of met een camperopbouw
Politieauto's, taxi's, bedrijfsauto's, commercieel slepen
Sneller rijden dan 170 km/h
Veel filerijden