Bediening stoelverwarming

Bij draaiende motor is de stoelverwarming voor
beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar.
- Met de draaiknop kan de stoelverwarming ingeschakeld
worden en kan een verwarmingsstand worden geselecteerd:
0: Uit.
1: Laag.
2: Gemiddeld.
3: Hoog.
LESEN SIE MEHR:
Deze functie vergemakkelijkt het in- en
uitstappen.
Zo schuift de stoel automatisch naar achteren
bij het afzetten van het contact of bij het
openen van het bestuurdersportier; de stoel
blijft in deze stand staan tot u weer instapt.
Deze functie zorgt voor een massage ter
hoogte van de lendenen van de bestuurder. De
functie werkt alleen bij draaiende motor en als
de STOP-stand van het Stop & Start-systeem
is geactiveerd.
Het koelvloeistofniveau dient
zich zo dicht
mogelijk bij het merkteken "MAXI" te
bevinden, maar mag beslist niet hoger zijn.
Als de motor warm is, wordt de temperatuur van
de koelvloeistof geregeld door de koelventilator.