Antidiefstalsysteem

Dit systeem is ontworpen om inbraak in de auto te voorkomen. Het systeem
heeft drie standen: de eerste is "ingeschakeld", de tweede is "geactiveerd"
en de derde is "uitgeschakeld". Als het systeem wordt geactiveerd, klinkt er
een alarm en knipperen de alarmknipperlichten.
LESEN SIE MEHR:
De afstandsbediening is voorzien van een lithium batterij van 3 V, die bij
normaal gebruik enkele jaren meegaat Vervang de batterij als volgt.
Plaats een smalle schroevendraaier in de opening en wip het
middelste dekseltje voorzichtig van de inklapbare sleutel of wip het
achterste dekseltje van de Smart Key.
. Vervang de batterij door een nieuwe (CR2032). Let bij het plaatsen
van de nieuwe batterij op de polariteit.
Plaats de batterij in omgekeerde volgorde van het verwijderen.
Parkeer de auto en zet de motor uit Schakel het alarm in zoals hieronder
is beschreven.
Met de inklapbare sleutel
Zet de motor uit en verwijder de contactsleutel uit het
contactslot.
Zorg dat alle portieren, de motorkap en de achterklep gesloten
en vergrendeld zijn.
Vergrendel de portieren door op de vergrendeltoets van de
afstandsbediening te drukken.
De accu bevindt zich in de motorruimte.
Toegang tot de accu:
open de motorkap via de hendel in
het interieur en gebruik vervolgens de
veiligheidshaak aan de buitenzijde,
verwijder de kunststof afdekkap voor
toegang tot de pluspool,
maak indien nodig de zekeringkast los om
de accu te kunnen verwijderen.